Over 20 jaar zul je meer inzitten over de dingen die je niet gedaan hebt, dan over de dingen die je wel gedaan hebt.
Laat je weerstanden dus varen.
Zeil weg uit die veilige haven.
Vang de wind in je zeilen.
Verken. Droom. Ontdek.

zaterdag 16 oktober 2010

Syrië, het ontstaan van de wereldbeschaving

De grensovergang verliep, ondanks allerlei tegenstrijdige berichten, goed. We hadden namelijk gelezen in de reisgids (en ook de Belgische ambassade in Damascus had dit bevestigd) dat het onmogelijk is een visum aan de grens te bekomen voor reizigers van landen waar zich een Syrische vertegenwoordiging bevindt (België is in dit geval). Andere reizigers hadden ons echter verteld dat het wel zou mogelijk zijn. Het was dus wel spannend toen we onze paspoorten en immigratiekaarten overhandigden aan de dikke Syriër aan het visumloket…Zeker toen twee Amerikanen vóór ons, de aftocht dienden te blazen (maar ja, Amerikanen, die hebben zich natuurlijk niet erg populair gemaakt in het Midden-Oosten). Na wat heen en weer gevraag (after Syria? Africa?) , het overschrijven van de paspoortgegevens en het laten liggen ervan voor een tijdje (om geen reden), kregen we ze toch terug, met een briefje bij hoeveel de visa kosten. Op naar de bank (in hetzelfde gebouw) en daarna terug naar de dikke Syriër voor een stempel op de immigratiekaarten. Dan naar een ander loket voor de eigenlijke entry stempels. Een gelijkaardig proces herhaalde zich voor het afstempelen van het carnet de passage. Eind goed, al goed en wij Syrië binnen, voor een blitzbezoek. Je moet hier namelijk, ter compensatie van de goedkope dieselprijs, dieseltaks betalen, per week (110 dollar). Dus alles wat we wilden zien, moest zich situeren binnen zondag 10 oktober, 13u en zondag 17 oktober, 13u… Uit wat volgt blijkt hoe goed ons dit gelukt is :-)


Onze eerste indruk van Syrië bij het oversteken van de grens was: ze rijden hier als gekken: hard, chaotisch (dus niet mooi langs de kant) en steeds toeterend om te verkrijgen wat ze willen. Jeroen had beroepsmatig al enige ervaring opgedaan met Syrische wegpiraten :-)

Citadel van Aleppo

De Cleer in de soek van Aleppo
De eerste halte was Aleppo. We brachten eerst een bezoek aan de oude stad en beklommen er de trap van de citadel, aangelegd op een kunstmatige heuvel (tell). De heuvel zou al bewoond geweest zijn in de tweede eeuw voor Christus maar werd toch pas versterkt in de tiende eeuw toen ze een belangrijke rol ging spelen bij de invallen van de kruisvaarders. De citadel zelf heeft een eigenaardige toegang, een trap en dan een zigzaggende doorgang, met op drie verschillende plaatsen een poort. Onderweg kunnen we nog de luiken zien langs waar hete pek (of iets anders) werd gegoten of pijlen werden afgevuurd op de vijand. Latere veroveraars bouwden in de citadel een hammam en een moskee, waarvan we de overblijfselen nog kunnen zien. We zagen er nog de Troonzaal en daalden via de geheime doorgang , terug af naar de stad. De rest van de dag kuierden we rond in de soeks, één van de meeste authentieke van het Nabije en Midden-Oosten. We liepen verloren in de Armeense wijk (letterlijk) en aten tot slot een heerlijke Syrische specialiteit: kebab met kersen.

De volgende dag reden we een eindje terug, naar het Simeonklooster, gelegen op de top van een berg. Simeon was blijkbaar een zéér godsvruchtige herderszoon, want hij liet zich een zuil bouwen van 18 meter hoog, om daar bovenop te mediteren. Hij kon er niet zitten of zich uitstrekken, enkel knielen. Zo stierf hij tenslotte ook…na 40 jaar!? Op die plaats, richten zijn volgelingen een klooster op, dat massaal pelgrims aantrok. Vandaag kan je er nog de resten zien van de bijzondere kerk, de doopkapel en de zuil, slechts 1 meter hoog nog, om al te gekke toeristen niet op verkeerde gedachten te brengen. Vandaag geen pelgrims meer, alleen nog maar bussen vol toeristen.
Simeonklooster

Kasteel van Saladin
Diezelfde namiddag reden we slingerend langs een bergpad, naar het kasteel van Salah-Ed-Din (Saladin). Het oudste Middelleeuwse kasteel van het Nabije Oosten ligt op een plaats die respect afdwingt voor de bouwers ervan. Op de top van een berg, omgeven door twee, onoverkomelijke ravijnen en één door hen uitgegraven slotgracht van 28 meter diep, konden de kruisvaarders geen betere plaats kiezen. Wij groeven deze zomer de vijver in Krepelstraat 4 60cm diep uit… en dat was al een hels karwei. We genoten van een prachtige zonsondergang aan de voet van het kasteel, op onze eerste wild-kampeerplaats.


Krak des Chevaliers
De volgende ochtend reden we, na een sanitair oponthoud van Jeroen (zonder aanwezig sanitair :-)), terug door de bergen, naar Apamea. De resten van deze stad zijn vooral bijzonder omdat de stad doorkruist werd door de langste antieke laan ter wereld (1,8km lang) en bovendien omgeven werd door een 7 km lange stadsmuur. De volgende toeristische stop maakten we aan het Krak des Chevaliers. Dit indrukwekkende kruisvaarderskasteel met zijn bijna oninneembare dubbele verdedigingswal en al zijn torens maakte een grote indruk op ons. Bij het zien van de Zuilenzaal (waar de soldaten sliepen), de gewelfde zaal, de galerij, de opslagplaatsen voor het eten, de keuken en de immense oven, en de latrines (dit keer wel aanwezig Middelleeuws sanitair) kunnen we ons toch een beetje inbeelden hoe het leven van een kruisvaarder er moet uitgezien hebben.

Zicht op binnenplaats Krak
We overnachtten er op een door een restauranthouder, geïmproviseerde camping, die maar niet begreep waarom wij in de auto wilden slapen en niet in één van zijn kamers, met zicht op het Krak. We maakten er onze eerste Syrische “vrienden”. Ze deden een mountainbike-uitstapje naar de bergen. Buiten Europese gekken op een fiets (het is hier zeer heet), hadden we nog geen fietsers gezien. Dus hun verhaal wekte onze nieuwsgierigheid. Een van hen had gedurende twintig jaar gewerkt voor Shell in Syrië en van de Nederlandse, Duitse en Franse expats had hij de mountainbikemicrobe te pakken gekregen. Ze gingen wekelijks op zaterdag een toertje rijden. Kaarten of bewegwijzering waren er niet voorhanden. Wij vonden het verhaal super en hingen aan hun lippen! Ze vertelden ons heel wat over het dagdagelijkse leven in Syrië, over de sharia-wetgeving en over de islam (maar daarover later meer). Voor het slapengaan zagen we ons genoodzaakt in te breken in onze eigen wagen! Alle deuren waren vast, en Els had de sleutels in de auto achtergelaten (ook de reservesleutels). Gelukkig kent de acrobatenkunst van Jeroen geen grenzen: via het voor 10 cm geopende zijraam,wrong hij zijn arm naar binnen en kon hij met zijn multitool (annex leatherman) het deurknopje omhoog trekken. Gelukkig, want die nacht werden we uit onze slaap gewekt door de mysterieuze diepe kreten van een “monster”, waarvan we niet weten wat het was.


Palmyra, oase in de woestijn
Volgend punt op de toeristische agenda: Palmyra. Midden in de woestijn, op 130k m van Irak, ligt hier het mooiste wat we in Syrië hebben gezien. Palmyra, een rijke stad, ontstaan aan een oase, bood, op een moment dat er in onze streken enkel nog maar sprake was van een zeer primitieve beschaving, onderdak aan 200.000 mensen. De stad speelde vooral een commerciële rol, als verplichte stopplaats voor de handelskaravanen naar het oosten en het westen. Hier werden de douanetarieven geïnd, hier ontwikkelde zich een eigen schrift en hier leefden heel wat verschillende volkeren en godsdiensten in harmonie samen. We kampeerden er in de schaduw van de Tempel van Bel (of Zeus, of Jupiter) naargelang de machthebbers, op een bedoeïencamping. We ontmoetten er de meest wonderbaarlijke reizigers die we tot nu toe zijn tegengekomen: drie Oostenrijkse zeventigers (70, 75 en iets ertussen), met de FIETS! En jullie dachten dat wij gek waren… Vertrokken in Turkije, twee weken ervoor, en na 750km, waarvan 120km door de woestijn, is hun einddoel de Sinaï in Egypte. Respect!

Het dichtst dat we ooit zullen raken bij Baghdad, 130 km
En nu zitten we in Damascus voor een computerscherm. We kunnen blijkbaar berichten op de blog plaatsen, maar wij kunnen zelf de blog niet zien...Damascus bevalt ons heel erg. Het is hier veel rustiger dan in Aleppo, vele toeristen wel, maar Arabische toeristen en die vinden het geweldig dat wij hier een moskee bezoeken, volledig in oosters gewaad (verplicht aan te trekken aan de ingang). Ze hebben wel wat gelachen met Jeroen die een soort rok moest aandoem omdat hij een short droeg. Iedereen wou op de foto met hem en de vrouwen giechelden, verscholen achter hun zwarte sluier en kleding. Straks gaan we nog wat rondslenteren in de soeks, en wat inkopen doen. We zijn vanavond uitgenodigd bij een Frans ouder koppel op de camping om een glas te drinken (ze hebben een vat wijn bij, hebben we al opgemerkt) en dat zal ons deugd doen, want alcohol is hier nergens te vinden :-) Morgenvroeg vertrekken we naar Jordanie, om er als echte bedoeienen te gaan rondzwerven...

3 opmerkingen:

Vincent zei

Hey Els, Jeroen,

Ik denk dat jullie deze Blog ook eens moeten sharen met Neckermann, ThomasCook, ... Want een betere vakantiebeschrijving kan je niet vinden denk ik ! ;-)

Greetz
Vincent

Luc zei

De herfst heeft nu onherroepelijk zijn intrede gedaan in onze contreien: regen, gure wind en zelfs al nachtvorst. En dan zie je iemand op een foto staan, zo'n 130 km van Bagdad. Aan de outfit van Els te zien zijn het daar temperaturen die wij op heel wat dagen in de zomer nog niet halen.
Waarschijnlijk denken de vele lezers van de blog dan net als ik: "Was ik maar daar."

Kurt zei

wij kennen die Syrische rijder ook, een foto staat op onze blog!!!
Wij vertrekken binnen 10 dagen naar de champagne bij... de Roger. We zullen aan jullie denken bij de degustatie. Natuurlijk zitten jullie nu veel beter want hier is het koud. Ik zal proberen om fles koel te zetten tot als jullie terug zijn.

Groetjes