Over 20 jaar zul je meer inzitten over de dingen die je niet gedaan hebt, dan over de dingen die je wel gedaan hebt.
Laat je weerstanden dus varen.
Zeil weg uit die veilige haven.
Vang de wind in je zeilen.
Verken. Droom. Ontdek.

zaterdag 18 juni 2011

Blij weerzien met de zee

Via een alternatieve route (lees: door niemand anders gebruikt) reden we rond de Brandberg naar de kust van de Atlantische Oceaan. Vanop kilometers afstand zagen we de wolken en mist, veroorzaakt door de koude Benguela-golfstroom, al hangen. Bij elke kilometer daalde de temperatuur een aantal graden :-) Na vier maanden was het een blij, maar fris weerzien met de zee. Het is een zeer onherbergzaam gebied, er hangt een bijna constante koude, dichte mist en de eerste ontdekkingsreizigers gaven het de toepasselijke naam "Skeleton Coast". Talrijke schepen strandden hier op één van de vele verraderlijke zandbanken en als ze er toch in slaagden de kust veilig te bereiken, wachtte hen een verlaten, dorre, rotstige kuststreek van honderden kilometers breed (vooraleer je de eerste "beschaving" vindt en dat geldt nu nog steeds :-)).

Onderweg naar Henties Bay stopten we aan Cape Cross, waar zich het Seal Reserve bevindt. We werden verwelkomd door hun specifiek geblaat (lijkt op een schaap) en vooral... de geur. Tienduizenden zeehonden liggen er op de rotsige kust, voornamelijk vrouwtjes met hun jong, en zoeken nu en dan verfrissing  in het ijskoude water. Op hun weg van en naar het water lijkt het alsof ze het meest onhandige dierenlichaam hebben om zich voort te bewegen. Met hun logge lijf ploffen ze over hun medezeehonden richting water, maar eens in het water, op zoek naar hun dagelijkse portie vis, zijn het de meest sierlijke en elegante waterbewoners. Het was een geweldig zicht!

Via het winterdode Henties Bay (een beetje zoals de Noordzeekust tijdens de wintermaanden) reden we verder naar Swakopmund. We waanden ons terug in Europa. Aan de klinische properheid, de georganiseerdheid, de talrijke koffiehuizen met käsekuchen en ander Duits lekkers, de overwegend blanke, Duitssprekende bevolking, de supermarkten met een aparte hoek met Duitse producten (frankfurter worsten en sauerkraut incluis) en de typische Duitsaandoende huisjes, zie je nog dat Nambië een Duits koloniaal verleden heeft. We kampeerden er op de parking van een backpackers hotel waar we in de watten werden gelegd door de Zuid-Afrikaanse eigenares. We praatten bij met de vele andere reizigers en genoten van de "luxe" van een echte volledig uitgeruste keuken.



Op aanraden van de eigenares boekten we een boottrip in Walvisbaai. Het waren vooral haar woorden: "drank, visbuffet en oesters à volonté" die het hem deden :-) Met een frisse (lees: ijzige) zeewind in ons gezicht, maar in volle zon en onder een open hemel, vaarden we op een catamaran de haven uit. We waren nog maar goed op de boot of er klom al één van de zeehonden op de boot. We mochten hem zelfs aaien en konden van dichtbij genieten van dit immense dier. De pelikanen en andere zeevogels die de boot omcirkelden werden verwend met een extra portie vis en dan was het al tijd (10u!) voor onze eerste cherry :-), om op te warmen uiteraard :-) We voeren naar de oesterbanken, zagen ontelbare zeehonden en tenslotte ook dolfijnen. De voormiddag werd op gepaste wijze afgesloten met een visbuffet en Namibische oesters van topkwaliteit, rijkelijk overgoten (door ons dan) met Zuid-Afrikaanse sparkling wine (zoals champagne, maar aangezien het niet uit de Franse Champagnestreek komt, mag het niet zo genoemd worden). Onze namiddag vulden we met bekomen van het vele eten in de voor deze tijd van het jaar schaarse zon en ontnuchteren :-)

Geen opmerkingen: